Nieuwe politiek: het verhaal van een vogeltje
De politiek staat de komende jaren voor veel moeilijke en ingrijpende keuzes, laten we vooral oog houden voor de zwakste mensen in deze samenleving. Daarvoor is een nieuw soort politiek nodig. Een politiek die afrekent met de bonuscultuur, oog heeft voor duurzaamheid, aan de slag gaat met democratische vernieuwingen en vooral hen ondersteunt die aan het eind van hun Latijn zijn.
Maandag vond in ’s Heer Arendskerke een voor de politiek beeldende situatie plaats. Een klein vogeltje was gevallen en had moeite om te vliegen. Hij liep over de Vermetstraat en probeerde bij een raam te komen. Ondertussen verscheen een kat. Het beest wilde op het kleine vogeltje duiken, maar werd gestopt door de moeder vogel en familie. De kat nam afstand en wij zetten het vogeltje op de vensterbank. Het vogeltje viel weldra weer van de vensterbank en de kat bleef zijn prooi volgen. Wat te doen?
De overheid staat voor dezelfde keuze. Wat te doen als iemand hulp krijgt en daarna terugvalt? Hopen dat de familie helpt? Toekijken en niets doen? Nee. De overheid moet blijven helpen. Uiteindelijk zal iemand herstellen, hij of zij zal de moeilijke periode overleven, zich herstellen en wellicht hoger vliegen dan menig ander persoon.
Een positief element aan het verhaal is dat de familie te hulp kwam. De afgelopen jaren zijn mensen steeds individueler geworden. Het gaat om persoonlijk succes, het eigen belang en meer hebben dan anderen. Individualisering is zeer zorgelijk. Natuurlijk, iedereen is anders en moet dat ook blijven. Echter, we hebben allemaal de taak om naar anderen om te zien. Net als de familie van het vogeltje.
Er is een nieuwe politiek nodig. Een politiek van het aanpakken van de graaicultuur in de top. Een politiek die meedenkt over het betrekken van inwoners bij de politiek. Een politiek die sober met gemeenschapsmiddelen omgaat en het geld uitgeeft aan de juiste zaken: aan de mensen die het echt nodig hebben.